Het roerige leven van schrijver Joseph Roth

Joseph Roth (1894-1939) was een van de kleurrijkste schrijvers van het interbellum. Hij verbleef zijn leven lang in hotels, was koppig en charmant, had een ongekende drankzucht en verkeerde veelvuldig in geldnood. In cafés en hotellobby’s werkte hij aan krantenreportages en romans en hij kende literaire successen met onder meer ‘Radetzkymarsch’, ‘Job’ en ‘Biecht van een moordenaar’.

Roth ontvluchtte het fascisme in Oost-Galicië en belandde via een omweg in Brussel, Oostende en Amsterdam. In ‘Waar het me slecht gaat is mijn vaderland’ pakt Els Snick vanaf 1936 het spoor van de schrijver op en creëert aan de hand van ooggetuigen­verslagen, brieffragmenten en politiedocumenten een bijzonder portret van deze onnavolgbare kunstenaar.

We volgen hem tijdens zijn tragische zwerftocht door de Lage Landen, waar steeds meer emigranten hun heil zoeken. Roth bekommert zich zeer om hen, maar vooral verkeert hij met collega-schrijvers – onder wie Stefan Zweig –, (exil)uitgevers, drinkebroers en diverse vriendinnen. Zweig beschouwde Roth als zijn literaire geweten, maar was ook zijn bondgenoot in amoureuze avonturen.

Over de auteur
Els Snick is literair vertaalster en docente Duits aan de Universiteit Gent. Zij is lid van het internationaal Joseph Roth Gesellschaft en promoveerde op leven en werk van Roth.

[isbn]9789059373266[/isbn]

Lees ook:Tv-tip: VPRO herhaalt Roth-portret van Michaël Zeeman
Lees ook:Het verhaal van Four – Veronica Roth
Lees ook:Joseph Oubelkas: Marokkaanse gevangenis verschrikking
Lees ook:Remigranten en emigranten die de HEMA missen
Lees ook:NVK-prijs postuum toegekend aan René Veenman

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *

Naam

Website

Het kan vijf minuten duren voordat nieuwe reacties zichtbaar zijn.