Voorproefje: Elly Griffiths – Dodencirkel

Wanneer er een kinderskelet wordt gevonden op de vindplaats van een palencirkel in het moeras, waar Ruth eerder opgravingen heeft gedaan, wordt zij benaderd om de beenderen te dateren. Het skelet blijkt 2.000 jaar oud, tot grote teleurstelling van inspecteur Harry Nelson, die Ruths hulp had ingeroepen. Hij had gehoopt dat de beenderen van Lucy waren, een meisje dat al tien jaar vermist wordt. Lees meer uit Elly Griffiths ‘Dodencirkel’.

Ze wachten tot het laagwater is en gaan op weg zodra het licht wordt. Het heeft de hele nacht geregend. Nu wasemt de grond en stijgt de nevel op naar de laaghangende wolken. Nelson heeft Ruth afgehaald in een politieauto zonder uiterlijke kenmerken. Hij zit naast de bestuurder en Ruth achterin, als passagiers in een taxi. Ze rijden zwijgend langs de Saltmarsh naar het parkeerterrein dicht bij de plaats waar de beenderen zijn gevonden. De stilte wordt alleen doorbroken door het abrupte gekraak van de mobilofoon en de moeizame ademhaling van de man achter het stuur die een verstopte neus heeft. Nelson zegt niets. Er valt niets te zeggen.

Ze stappen uit en lopen over het drassige gras naar het water. De wind fluistert in het riet en hier en daar zien ze een stukje spiegelglad, roerloos water waarin de wolken worden weerspiegeld. Bij de rand van het moerasland blijft Ruth staan. Ze zoekt naar de eerste verzonken paal die het begin aanduidt van het bochtige pad dat dwars door het verraderlijke water naar het wad voert. Als ze hem heeft gevonden, half bedekt door het brakke water, gaat ze zonder om te kijken op weg.

Zwijgend doorkruisen ze het moeras. Als ze de zee naderen, begint de mist op te trekken en piept de zon af en toe door de wolken. Het is eb en rond de palencirkel glinstert het zand in het vroege daglicht. Ruth gaat op haar knieën zitten, zoals ze Erik jaren geleden heeft zien doen. Behoedzaam steekt ze haar troffel in de lillende modder.

Opeens is het volkomen stil; zelfs de zeemeeuwen die hoog in de lucht cirkelen, staken hun krankzinnige gekrijs. Of misschien zijn ze er nog, maar hoort ze ze niet meer. Ze hoort Nelson op de achtergrond zwaar ademen maar is zelf eigenaardig kalm. Ook als ze het ziet, het kleine armpje met het dooparmbandje, voelt ze niets.

Lees verder in Elly Griffiths – Dodencirkel.

Lees ook:Beenderhuis van Elly Griffiths
Lees ook:Ruth Rendell schrijft vijftig jaar; nieuwe Wexford-titel
Lees ook:Mantelzorg door negen broers en zussen
Lees ook:Hilary Mantel wint Man Booker Prize 2009
Lees ook:Zonen Hugo Claus willen boek uit handel

Eén reactie op “Voorproefje: Elly Griffiths – Dodencirkel

  1. John

    Dooparmbandje uit 2000 VK? Ga toch weg, achterlijke takkentrol.

    De cirkelvorm werd door de prehistorische mens verkozen omdat de cirkel overal in de natuur voorkomt, het is het symbool van eenheid en HARMONIE.

      /   Beantwoorden  / 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *

Naam

Website

Het kan vijf minuten duren voordat nieuwe reacties zichtbaar zijn.