Debutante Saskia van den Heuvel zoekt nieuwe taalvondsten

Saskia van den Heuvel debuteerde begin 2013 met de poëziebundel ‘Misschien gebeurt er vandaag iets’. En toch schrijft zij al sinds 2005 gedichten, die in diverse literaire tijdschriften, bloemlezingen en op internetsites zijn gepubliceerd.

Tijdens de presentatie van haar debuutbundel ‘Misschien gebeurt er vandaag iets‘ draagt Saskia van den Heuvel, naast collega -dichters Krijn Peter Hesselink en Tjead Bruinja, haar poëzie voor. Als haar collega’s en haar redacteur vertellen hoe enthousiast zij over haar gebundelde poëzie zijn, lijkt zij er wat verlegen onder te worden.

Waarom zij poëzie schrijft? “Poëzie heeft de kracht om met weinig woorden nieuwe verbanden te maken, zowel voor de schrijver als voor de lezer. Het onverwachte moet gebeuren in je hoofd waarbij ‘hoofd’ in dit geval werkelijk een lijdend voorwerp is. Er vindt door een uniek gebruik van taal als het ware kortsluiting plaats. Er zal wel een vernuftig stofje in de hersenen vrijkomen dat verslavend werkt en mij aanzet tot verder schrijven. Zo zoek ik altijd naar nieuwe taalvondsten”.

Volgens haar hoeven gedichten niet ingewikkeld te zijn, en het is aan de lezers om er al dan niet iets uit te halen. “Ik vind het wel belangrijk dat er ‘verhaal’ in mijn poëzie zit, en dat een vers op een eigen manier logisch is. Al zal menig lezer denken dat ik in mijn gedichten van de hak op de tak spring…”. Van den Heuvel hoopt wel dat haar gedichten aanspreken: “Wie weet zet mijn werk aan tot het lezen van meer poëzie, want Nederland kent bar weinig poëzielezers. Terwijl je zo leuk kan spelen met onze taal!”

Er is al heel wat werk van Van den Heuvel verschenen in literaire bladen, op websites en in bloemlezingen. Debuteren is niet zo eng, maar, zo zegt zij, “ik merk dat ik het spannender vind om de reacties van recensenten en poëziekenners af te wachten. Je mag blij zijn als je opgemerkt wordt. Liever een slechte recensie dan geen recensie”.

Voor haar is poëzie zelf één grote bron van relativering zodra die loskomt van de dagboekschrijverij, en de dichter het particuliere weet te ontstijgen. En dat laatste is echt noodzaak wil zij literair worden. “In de relativering, in combinatie met een zeker gebruik van humor, komt zij het best tot haar recht. In de ideale situatie is mijn lezer een geoefende (poëzie)lezer die plezier beleeft aan wat taal en tekst hem of haar biedt. Poëzie lezen is durven openstaan en ondergaan; laat het maar gebeuren tijdens het lezen. Associatief denken helpt daarbij goed”. Waar zij even later aan toevoegt: “Ik denk dat mijn werk ook zeker toegankelijk is voor de minder geoefende lezer, die zaken zal herkennen uit het eigen leven”.

Zeker smaakt deze bundel naar meer. “Er is geen weg terug. Niet schrijven is geen optie. En of dat moet leiden tot een tweede gedichtenbundel of een bundel waarbij de grenzen tussen poëzie en proza nog verder weggepoetst worden, weet ik niet”.

[isbn]9789460681226[/isbn]

Lees ook:Simone van der Vlugt vertelt over In mijn dromen
Lees ook:Paulien Cornelisse schrijft bestseller met En dan nog iets
Lees ook:Paulien Cornelisse kandidaat Wie is de Mol 2013
Lees ook:Nieuwste werk van Leo Vroman (96)
Lees ook:Paulien Cornelisse verkoopt meer dan 500.000 boeken

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *

Naam

Website

Het kan vijf minuten duren voordat nieuwe reacties zichtbaar zijn.